Het staartklokuurwerk is een rechtstreekse nazaat van de stoelklok. Deze klok, ook wel Friese klok of Friese staartklok genoemd, is een klok die in vele uitvoeringen is gemaakt: De grote Friese staartklok, de driekwart kastklok, de kortstaart en een normale miniatuur staartklok, ook wel kantoortje of notarisklokje genoemd. Er zijn staartklokkken met een opbouwkast of een dubbele kap. Deze worden wel volle staartklok of Groninger staartklok of burgemeestersklok genoemd. Wanneer de dubbele kap is voorzien van ajourwerk (uitgezaagd houtwerk) noemt men deze een Amsterdamse kap.
De kast is in de regel gemaakt van eikenhout. In veel gevallen is de kast rood gekleurd door meekrap. Dit is een poeder verkregen door het drogen en daarna fijnstampen van de wortels van een sterbladige plant (rubia tinctorum). Deze bevat een kleurstof die het eikenhout een rode kleur geeft. Ook komen er nog mahoniehouten kasten voor en kasten van iepenhout als een imitatie van notenhout.
De wijzerplaat van de staartklok is van ijzer. Aan de hand van de schildering, cijfers e.d. is vaak de schilder te herkennen. Hierdoor is vaak het bouwjaar van de klok te bepalen. Vaak heeft de schilder aan de achterkant van de wijzerplaat, nadat deze in de natte menie was gezet, de initialen van de opdrachtgever (de klokkenmaker) gezet. Deze gegevens geven meer informatie over de klok!
klik op de foto's voor een vergroting
De rechter wijzerplaat gesigneerd met de naam J. Feenstra, Leeuwarden is een bijzondere Friese klok. Het uurwerk, gedateerd rond 1800, heeft een centrale secondewijzer, een scheepjesmechaniek, een datumaanduiding en een maanstand. Dit soort wijzerplaten kom je weinig tegen en dat maakt de klok uniek.